Menu

Gevolgen voor naheffingen en navorderingen door ontbreken wettelijke grondslag eHerkenning

In een recente uitspraak heeft Rechtbank Gelderland geoordeeld dat de wettelijke grondslag voor eHerkenning op dit moment ontbreekt. Dit heeft gevolgen voor de praktijk. Voor Aangiften Loonbelasting (LH), Omzetbelasting (OB) of Vennootschapsbelasting (VpB) die moeten worden gedaan met behulp van eHerkenning, maar waarbij geen eHerkenning is aangevraagd door de aangifteplichtige, kan de Belastingdienst geen navorderingsaanslag VpB, naheffingsaanslag OB of naheffingsaanslag LH opleggen. In dit artikel informeren wij u verder.

Uitspraak Rechtbank Gelderland

In de zaak van Rechtbank Gelderland was het volgende aan de orde. Een besloten vennootschap kon over maart 2020 geen aangifte Loonheffingen doen omdat zij niet beschikte over het inlogmiddel eHerkenning. EHerkenning is nodig om in te loggen bij Mijn Belastingdienst Zakelijk en de aangifte Loonheffingen in te dienen. Uit principiële overwegingen had de besloten vennootschap geen eHerkenning aangevraagd en kon zodoende niet haar aangifte Loonheffingen indienen.

De Belastingdienst legde aan de besloten vennootschap een naheffingsaanslag LH op voor een bedrag van € 1.000. Rechtbank Gelderland heeft de naheffingsaanslag vernietigd. Zij oordeelt dat er (op dit moment) geen wettelijke grondslag bestaat om aangifteplichtigen te kunnen verplichten bij een commerciële partij eHerkenning aan te schaffen voor het doen van aangiften. Dat achteraf een deel van de kosten voor eHerkenning (tijdelijk) vergoed kunnen worden, maakt dit niet anders.

Wet digitale overheid

Op zichzelf biedt de Algemene Wet inzake Rijksbelastingen wèl de mogelijkheid om eHerkenning verplicht te stellen, maar dit moet dan bij wettelijk voorschrift worden voorgeschreven. De rechtbank is van oordeel dat het wettelijk voorschrift (nog) ontbreekt omdat de Wet digitale overheid nog niet in werking is getreden. De Wet digitale overheid heeft als doel het regelen van het veilig en betrouwbaar kunnen inloggen voor Nederlandse burgers en bedrijven bij de (semi-)overheid. Zoals het er nu naar uitziet wordt de vroegst mogelijke datum van inwerkingtreding van de wet 1 juli 2022.

Gevolgen praktijk

Als een aangifteplichtige wel aangifte wil doen maar geen eHerkenning wil aanvragen kan de Belastingdienst op grond van deze uitspraak geen naheffingsaanslag OB of LH opleggen en ook geen navorderingsaanslag VpB opleggen. Bij lopende en toekomstige bezwaar- en beroepsprocedures kan (een beroep op) deze uitspraak er mogelijk toe leiden dat een naheffings- of navorderingsaanslag wordt vernietigd.

Let op: Op 10 juni 2022 heeft Advocaat-Generaal (A-G) Niessen de Hoge Raad gevraagd uitspraak te doen over deze zaak. Zelf meent de A-G dat de verplichting om aangifte te doen door middel van eHerkenning wel een wettelijke basis heeft. Naar verwachting geeft de Hoge Raad binnenkort haar oordeel over het verplichte gebruik van eHerkenning. Wij houden u op de hoogte.

De advocaten van Vink Fiscale Advocatuur beschikken over de fiscale kennis én de ervaring om hoogwaardige bijstand te verlenen voorafgaand aan en tijdens een fiscale procedure (of om nog eens met een frisse blik naar uw zaak te kijken). U kunt vrijblijvend contact met ons opnemen via de contactpagina.